In dat kader wil ik het hebben over onze Toppers. Nee, niet die 4 extreem uitgedoste mannen die voor uitverkochte stadions liedjes van andere artiesten zingen. Mag ik je speciale aandacht voor onze eigen Toppers: de geweldige gastdames en –heren.
Kunnen wij ons nog indenken een dienst te draaien zonder hun aanwezigheid? Ik niet in ieder geval. Op de werkvloer zijn zij mijn baken in roerige tijden, mijn rots in de branding, mijn tweede paar ogen, oren én handen en, niet te vergeten, supergezellige collega’s. Als zij binnenkomen krijg ik al wat meer lucht, omdat ik weet dat wat er ook gebeurt en hoe mijn aandacht ook opgeslokt wordt, zij naast, voor of achter me staan. Met liefde en geduld luisteren zij naar de bewoners drogen hun tranen of toveren een lach op hun gezicht. Terwijl ik iemand op het toilet help of familie te woord sta, gaat het leven in de huiskamer door, wordt onrust in de kiem gesmoord, pim-pam-petten zij vrolijk door of treffen zij samen met de bewoners de voorbereiding van de maaltijd.
En nu we het toch over eten hebben, dat bereiden zij meestal. Menig kok zou jaloers zijn als je ziet wat zij soms op tafel toveren, en ook omdat zij het zo ongelooflijk leuk presenteren, want het oog wil ook wat, toch? Zij hebben daar écht gevoel voor.